WooCommerce Products Filter
toon de blokken hulp

Bloem kleur

Hoogte

Standplaats

Bloei periode

Product Vocht

Kermerken

Cimicifuga - Zilverkaars - Actaea

Cimicifuga is afgeleid van de Latijnse woorden ‘cimex’ (insect)en ‘fugio’ (verjagen) en in het Engels worden ze ‘Bugbane’ (insecten gif) genoemd. Vroeger werd gedroogde Zilverkaars dan ook gebruikt in matrassen tegen ongedierte.  Misschien klinkt het wat tegenstrijdig maar de bloemen van de Zilverkaars trekken juist weer enorm veel insecten aan in de vorm van vlinders, zweefvliegen en bijen. Ze geuren dan ook erg zoet. Als de wind goed staat kun je ze van ver af ruiken, echt een lekkere geur.

Om de naamgeving van Cimicifuga is wel wat te doen. Ze worden tegenwoordig op basis van DNA overeenkomsten tot het geslacht van de Actaea (Christoffelkruid) gerekend. Veel kwekers en niet onbelangrijk ook de klanten blijven echter de naam Cimicifuga gebruiken.  Om de verwarring nog wat te vergroten zijn ook sommige soortnamen aangepast. Echt duidelijker is het er niet van geworden. Vooralsnog plaats ik de bes dragende soorten onder de Actaea en de zaad dragende soorten onder de Cimicifuga. Ze zijn onderscheidend genoeg vind ik.

Beschrijving van Cimicifuga

Zilverkaarsen of Oktoberkaarsen hebben enkel- of dubbel-geveerde bladeren. Sommige selecties worden gekweekt om hun donkerrode bijna zwarte blad kleur. Deze donkere kleur krijgen ze echter alleen bij voldoende licht, in diepe schaduw zal het blad meer bladgroen aanmaken. De witte of purper kleurige bloemaren kunnen wel een halve meter lang worden. Vaak zijn ze opgaand, soms vertakt of soms golvend doordat ze wat doorbuigen en vervolgens weer omhoog naar het licht groeien.  Ook de uitgebloeide aren zijn mooi om te zien. Het worden meestal hoge planten tot 2 meter hoog en zijn als zodanig goed te gebruiken achter in border. Zilverkaarsen zijn goed winterhard.

Standplaats Zilverkaars

Cimicifuga’s zijn schaduw minnende planten die oorspronkelijk in vochtige bossen op het noordelijk halfrond groeien. In oost Europa groeit de enige Europese soort, Cimicifuga europaea. De overige soorten komen uit Noord Amerika en Azië. Ze groeien het beste op vochtige, goed gedraineerde, humusrijke plaatsen in de (half) schaduw.  Met meer licht doen ze het zichtbaar beter mits ze maar voldoende vocht krijgen.